Het elektromagnetische veld van het hart stuurt onze gesprekken, onderling vertrouwen en verbinding aan. Ons hart en ons brein werken harmonisch en onlosmakelijk samen. En beiden zijn ze autogeen; ze kunnen functioneren zonder continu signaal van de ander. Een groot deel van de hartcellen bestaat uit neurale cellen en het hart produceert zelf hormonen en neurotransmitters die onze hersenen en de rest van ons lichaam beïnvloeden. Ons hart reageert op signalen uit de buitenwereld, sneller nog dan onze hersenen, het hart wordt beïnvloed door postieve of negatieve emoties die we ervaren en speelt zelf een rol als antenne die oppikt of onze omgeving al dan niet te vertrouwen is.
Logisch dus eigenlijk dat ons hart steeds meer de erkenning krijgt een onderdeel van ons brein te zijn, net zoals ons zogenaamde ‘onderbuikgevoel’. We schreven eerder over het hart als onderdeel van ons brein. Van hoe dat allemaal werkt hebben we nog maar een tipje van de sluier opgelicht. Helder is wel dat een elektromagnetisch veld daar een rol in speelt, het veld wat het hart produceert is enorm veel krachtiger dan dat van onze hersenen en strekt zich dus veel verder om ons heen uit.
Zodra mensen bij elkaar in de buurt komen, bijvoorbeeld om een gesprek aan te knopen, reageren ze op elkaars elektromagnetische velden en wordt ogenblikkelijk vastgesteld in hoeverre de versnelling en vertraging van de hartslag bij beiden coherent is of juist niet.
Een lage hartcoherentie (grote variatie in het hartritme) hoort bij spanning, angst en stress. Een hoge hartcoherentie duidt op balans, flexibiliteit op fysiek, emotioneel en mentaal niveau.
Een hoge hartcoherentie ‘trekt aan’, nodigt uit om verbinding te maken, een lage hartcoherentie ‘stoot af’, doet het vertrouwen dalen.
We zijn allemaal vertrouwd met het feit dat onze woorden, onze intonatie, onze lichaamstaal en onze hersenspinsels onze onderlinge interactie beïnvloeden in positieve of negatieve zin. Minder bekend maar steeds beter in kaart gebracht ontdekken we dat ook andere factoren zoals intuïtie en hartcoherentie een bepalende rol spelen en in snelheid voorafgaan aan de vorming van emoties en gedachten.
Dat zijn waardevolle inzichten want we ontdekken inmiddels ook (sommige culturen hadden dat eeuwen geleden al in de gaten) hoe we door te oefenen bijvoorbeeld onze hartcoherentie kunnen aansturen en daarmee subtiele vertrouwenwekkende signalen kunnen afgeven die de ander duidelijk maken dat we ‘er voor ze zijn’ met compassie en zorgzaamheid!